Het Onderwijsbeleidskader

 

Open scholing komt voort uit een bottom-up interesse van afzonderlijke scholen en onderwijscentra die geïnteresseerd zijn in pedagogische innovatie, maar wordt langzaamaan ook ondersteund door top-down institutionele aanbevelingen en documenten. Internationale en Europese organisaties hebben de afgelopen 10 jaar inderdaad het belang aangetoond voor een schoolhervorming die in de richting van open onderwijs gaat.

Reeds in 2004 zag het “Re‐Schooling”-scenario van de OESO – horizon 2020 – scholen als:
"Core Social Centres": erkenning van scholen met een collectieve en gemeenschapsfunctie. Het verhogen van de socialisatiedoelen en scholen in gemeenschappen, voor het verbeteren van de gedeelde verantwoordelijkheden tussen scholen en andere gemeenschapsorganen, bronnen van expertise en instellingen voor voortgezet en voortgezet onderwijs, die niet in strijd zijn met de hoge professionaliteit van leraren".

De Europese Commissie 2015, Wetenschapseducatie voor verantwoord burgerschap: rapport aan de Europese Commissie van de expertgroep over wetenschapseducatie heeft een sterke nadruk op Open Schooling. Het rapport moedigt inderdaad aan:

"De samenwerking tussen aanbieders van formeel, niet-formeel en informeel onderwijs, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld moet worden verbeterd
om te zorgen voor een relevante en zinvolle betrokkenheid van alle maatschappelijke actoren bij wetenschap en om de acceptatie van wetenschappelijke studies en op wetenschap gebaseerde loopbanen te vergroten om de inzetbaarheid en het concurrentievermogen te verbeteren".

Bovendien moedigt het document 'open onderwijs' aan waar
- Scholen worden, in samenwerking met andere belanghebbenden, een agent van het welzijn van de gemeenschap;
- Gezinnen worden aangemoedigd om echte partners te worden in het leven en de activiteiten op school;
- Professionals uit het bedrijfsleven, het maatschappelijk middenveld en de bredere samenleving zijn actief betrokken bij het introduceren van real-life projecten in de klas.

Om dit te bereiken, stelt het de volgende aanbevelingen en acties voor de EU-leden voor:

Ten slotte kijkt UNESCO, 2015, Rethinking education: towards a global common good (2015) ook naar het belang van het creëren van "netwerken van leerruimtes", in de overweging dat "wat we nodig hebben een meer vloeiende benadering is van leren als een continuüm , waarin instellingen voor onderwijs en formeel onderwijs nauwer samenwerken met andere, minder geformaliseerde onderwijservaringen vanaf de vroege kinderjaren gedurende het hele leven".